Bedrijvenpark Trade Port Noord Venlo

20 juni 2004

Bedrijvenpark Trade Port Noord Venlo

Milieufederatie vraagt garanties voor verbetering groenstructuur

Aan AANTEKENEN
de raad van de gemeente
Venlo
Postbus 3434
5902 RK VENLO

Ons kenmerk A11.36
Uw kenmerk
Onderwerp zienswijze b.p. “Bedrijvenpark Trade Port Noord᾿
Bijlage(n)
Venlo 21 juni 2004

Geachte raad,

Namens mijn cliënten:
1. Stichting Milieufederatie Limburg;
2. Stichting Groengroep Sevenum;
3. Vereniging Milieudefensie, Venlo e.o.;
4. IVN, Vereniging voor Natuur- en Milieueducatie, afdeling De Maasdorpen;
5. Natuur en Milieuvereniging Strix Aluco;
6. Natuurhistorisch Genootschap Limburg, kring Venlo

doe ik u hierbij de zienswijze toekomen met betrekking tot het ontwerp-bestemmingsplan Bedrijvenpark Trade Port Noord.

De zienswijze heeft betrekking op de volgende aspecten.

EHS/PES

Het plangebied is gedeeltelijk gelegen in de EHS/PES. Volgens rijks- en provinciaal beleid geldt voor de EHS/PES een planologische basisbescherming. Volgens de kaart Groene waarden van het Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL) bevinden zich in het plangebied bos- en natuurgebied (perspectief 1) en ecologische verbindingszone (perspectief 3). Dit zijn onderdelen van de Provinciale Ecologische Structuur (PES). Op pagina 65 van het POL staat vermeld dat: “ Ingrepen en activiteiten in deze gebieden en in de onmiddellijke nabijheid ervan niet zijn toegestaan als deze de wezenlijke kenmerken of waarden respectievelijk de nagestreefde natuurontwikkeling in deze gebieden aantasten. Alleen bij zwaarwegend maatschappelijk belang kan hiervan worden afgeweken. Of daarvan sprake is, wordt op basis van voorafgaand onderzoek vastgesteld. Hierbij moet tevens worden nagegaan of aan dit belang niet redelijkerwijs elders of op een andere wijze tegemoet te komen valt᾿. De zogeheten “nee-tenzij afweging᾿.

Een dergelijke afweging komt in het bestemmingsplan niet aan de orde, terwijl dit wel vereist is. Als reactie op de inspraak wordt vermeld dat de natuurwaarden door de opzet van het bedrijvenpark zo veel mogelijk worden ontzien. Dit betekent echter geenszins dat er geen sprake zal zijn van aantasting.

Ecologische verbindingszone

De verbindingszone dient optimaal te kunnen functioneren. In het bestemmingsplan is de bestemming Bos thans gewijzigd in de bestemming Natuur. De inhoud van artikel 6 is echter ongewijzigd. Cliënten zijn van mening dat deze bestemming en de daarbij behorende voorschriften onvoldoende bescherming bieden voor de instandhouding en ontwikkeling van bossen en de voorkomende waarden. Met name wat de ontwikkeling betreft, zal er actief iets dienen te gebeuren. Naar mening van cliënten is de bestemming Natuur te globaal en is er maatwerk nodig.

Cliënten zijn van mening dat bouwen in de bestemming Natuur niet dient te worden toegestaan. Artikel 6 onder 2 staat het bouwen van vergunningvrije bouwwerken toe. Indien echter gedacht wordt aan bouwwerken ten behoeve van de ontwikkeling van de ecologische verbindingszone, dan dient dit in het voorschrift tot uitdrukking te worden gebracht.

Natuurcompensatie

Indien aantasting van de PES gerechtvaardigd is, is compensatie aan de orde. Door de ontwikkeling van het bedrijvenpark gaat natuur verloren. Er dient compensatie plaats te vinden. Cliënten verwijzen naar hetgeen ze in de inspraak hierover hebben opgemerkt. De Beleidsregel Natuurcompensatie, door GS van Limburg opgesteld, bevat regels waaraan getoetst dient te worden bij een bestemmingsplanprocedure. In die beleidsregel is onder andere bepaald dat de mate van aantasting, zowel kwalitatief als kwantitatief, en de wijze waarop, waar en wanneer compensatie plaats vindt, in een compensatieplan wordt weergegeven. De compensatie dient conform dat plan uitgevoerd te worden. Dit is allemaal nog niet afgewogen en in een compensatieplan vervat en derhalve in strijd met genoemde beleidsregel.

U gaat er van uit dat ten tijde van de vaststelling van het plan het compensatieplan zal zijn vastgesteld. Wordt het compensatieplan dan ter inzage gelegd? Cliënten kunnen in deze fase niet inhoudelijk reageren. Zij missen een fase in de procedure om op een essentieel onderdeel van het plan te reageren, evenals ieder ander. Deze gang van zaken is in strijd met de Algemene wet bestuursrecht.

Wat opvalt in het ontwerp is dat in paragraaf 3.4.4. (Stimuleringsplan) het aantal hectare dat gecompenseerd dient te worden ingevolge de streekplanuitwerking Venlo Trade Port Noord niet meer vermeld wordt. Terwijl in het voorontwerp over compensatie van 80 hectare vervangende natuur en nog eens 50 hectare bos wordt vermeld. In paragraaf 5.3 van het ontwerp wordt het aantal hectare ook niet meer genoemd en afbeelding 12 (Boscompensatie) van het voorontwerp staat niet meer in het ontwerp. Cliënten vragen zich af waarom hier geen melding meer van is gemaakt.

Flora- en faunawet

Uit het plan blijkt (paragraaf 4.6) dat er een ecologisch veldonderzoek heeft plaats gevonden. Cliënten kunnen uit het plan echter niet opmaken of er een passende beoordeling naar de effecten van het plan heeft plaatsgevonden.

Er wordt vermeld dat er vleermuizen binnen het plangebied zijn waargenomen. Op pagina 40, tweede alinea, staat vermeld: “Voor de genoemde zoogdieren, anders dan de vleermuizen, zal een ontheffing waarschijnlijk geen probleem opleveren, omdat er geen sprake is van zodanige aantasting dat de soort niet in stand kan worden gehouden.᾿ Wordt hiermee bedoeld dat een ontheffing voor vleermuizen waarschijnlijk geweigerd wordt? Het bestemmingsplan is niet uitvoerbaar indien in redelijkheid niet mag worden aangenomen dat de benodigde ontheffing zal worden verleend.

Aangezien aan een ontheffing mogelijk ook compenserende en mitigerende voorwaarden kunnen worden verbonden, vragen cliënten zich af of een aanvraag om ontheffing is ingediend.

Bedrijfsdoeleinden

Artikel 4 regelt de bestemming Bedrijfsdoeleinden. In de beschrijving in hoofdlijnen wordt ingegaan op de vier verschillende ontwikkelingstypen (2a). Voor deze typen gelden specifieke bebouwingsbepalingen (2.4b). Cliënten vragen zich af waarom deze typen met het daarbij behorende maximale bebouwingspercentage niet in subbestemmingen en eveneens als zodanig

op de plankaart worden weergegeven. De intentie van het plan komt dan beter tot uitdrukking en de rechtszekerheid wordt hiermee bevorderd.

Hoogachtend,

A.M. Mohnen

Tags: