Openstelling subsidieregelingen voor agrariërs in Limburg

27 juli 2024

Toekomstbestendige landbouw

Voor de Natuur en Milieufederatie Limburg staat goed rentmeesterschap van bodem, water en energie centraal. Behoud van kwaliteit van de leefomgeving, ook voor komende generaties. En gesloten kringlopen op een zo klein mogelijk schaalniveau. Streven naar een grote mate van diversiteit van flora en fauna op landbouwgronden. Daarom pleiten wij voor een natuurinclusieve en grondgebonden landbouw waarbij landschap, biodiversiteit, klimaat, leefomgeving en dierenwelzijn worden omarmd. Deze groepen voedselvoorzieners, de biologische boeren, de natuurinclusieve boeren, de kleinschaligere landschapsboeren en de caring farmers verdienen onze steun. Kunnen zij (voldoende) meedoen en profiteren van deze regeling?

De EIP regeling is bedoeld om te innoveren voor een duurzame en toekomstbestendige landbouw. De voorkeur gaat uit naar innovaties die landbouwers prikkelen om te verduurzamen vanuit de markt of innovaties die het ontstaan van nieuwe verdienmodellen stimuleren. Voorwaarde voor het verlenen van de subsidie is dat de innovatie in samenwerkingsverband plaatsvindt.

• Europees Innovatie Partnerschap (EIP) subsidieregeling

  Openstellingstermijn

  26 augustus 2024 en dinsdag 1 oktober 2024

  Subsidiebedrag

  minimaal € 50.000,00 en maximaal € 500.000,00

  Subsidieplafond

  € 2,5 miljoen

  Voorwaarden

  Samenwerkingsverband, operationele kosten 100% subsidiabel , investeringen in bedrijfsmiddelen 40% gesubsidieerd

  Aanvraagvereisten

  De volgende aspecten moeten (met onderbouwing) worden vermeld:

  • het verwachte aantal personen dat van advies, opleiding, kennisuitwisseling of deelname aan de EIP groep zal profiteren door betere duurzame economische, sociale, milieu- en klimaatprestaties en prestaties op het gebied van hulpbronnenefficiëntie;
  • het verwachte aandeel GVE vallend onder ondersteunde acties ter verbetering van dierenwelzijn.

  Beoordeling

  Het project wordt getoetst aan de hand van onderstaande 4 criteria:

  Effectiviteit (weging 4)

  • Meerwaarde van de beoogde innovatie voor de gestelde doelen binnen de thema’s van de openstelling. Het gaat dan vooral om het meetbare effect in technische zin in termen van bijvoorbeeld minder nutriënten uitspoeling, uitstoot van broeikasgassen of minder bodemdaling. Indien een project betrekking heeft op meerdere thema’s scoort dit hoger;
  • Voorbeeldwerking van het innovatieproject in breder verband;
  • De mate waarin de innovatie breed toepasbaar is: een goede motivatie wie potentieel de innovatie adopteert.
  • Kwaliteit communicatieplan ten behoeve van kennisdeling tijdens het innovatieproject en ten behoeve van verspreiding van resultaten: actieve beoogde koppeling van wetenschappelijke en praktijkkennis en begrotingsruimte voor actieve kennisdeling.

  Haalbaarheid/kans op succes (weging 3)

  • Kwaliteit procesplan voor samenwerking en/of projectplan voor de beoogde innovatie: de beschrijving van het probleem en onderbouwing van de aanpak van activiteiten incl. proces/projectplan met heldere omschrijving van de beheersmatige aspecten als planning, kosten, menskracht, organisatie, en risico’s.
  • Blijk van oriëntatie op (technische) haalbaarheid op basis van de kennis die voor handen ligt: bestaande kennis, bestaande praktijken, aanbevelingen en dergelijke rond het beoogde doel.
  • Blijk van oriëntatie op businessmodel en marktpotentieel: het beoogde marktsegment, klantenrelaties, waarde propositie, kostenstructuur en marktprijs.
  • Kwaliteit van het samenwerkingsverbandde samenstelling, kennisniveau en werkafspraken in relatie tot het ambitieniveau.
  • Bereidheid tot kennisdeling.

  Innovatie (weging 3):

  • Technisch of sociaal grensverleggend karakter van de innovatie: Niet alleen landbouwtechnisch maar ook sociale en financiële aspecten zoals meer consumentenvertrouwen, nieuwe financieringsvormen of betere arbeidsomstandigheden.
  • Transitiekarakter van de innovatie: bijdrage die het kan leveren aan een structurele verandering naar een toekomstbestendige “duurzame landbouw” in samenhang met maatschappelijke ontwikkelingen en institutionele veranderingen (bijvoorbeeld regelgeving);
  • Innovatieve waarde van het samenwerkingsverbandPartijen die nog niet eerder hebben samengewerkt, of partijen die uit andere sectoren (niet landbouw) deelnemen aan de samenwerking maken dat het verband op zich al vernieuwend kan zijn;
  • Toepassingsgerichtheid van de innovatie: is er bijvoorbeeld al een prototype of model ontwikkeld, het oplossend vermogen van het samenwerkingsproject (belemmeringen voor verdere uitrol of marktintroductie weg nemen);
  • Innovatie-infrastructuur;

  Efficiëntie (weging 2):

  • Verhouding tussen de begrote kosten en de beoogde projectresultaten (prestaties);
  • Relevantie van de voorziene kosten voor het realiseren van de beoogde innovatie: zijn alle begrote kosten wel strikt noodzakelijk zijn voor het project;
  • Mate van efficiënt gebruik van (bestaande) kennis en arbeid.

Profiteren regeneratieve boeren van deze regeling?

Het provinciebestuur kondigt deze regeling aan met de boodschap dat in de landbouw ‘de kostenverlaging, schaalvergroting en productieverhoging maken dat er een flinke verandering nodig is’.

Mijn gevoel is echter dat deze regeling wederom grotere agrariërs en grotere samenwerkingsverbanden voortrekt. Dat ligt aan een aantal zaken:

• De hoogte van het subsidiebedrag (tot 500.000,- euro). Als alleen al 5 grote samenwerkingen meedoen dan is het totale subsidieplafond al bereikt! Het zou al helpen als ze het aantal écht grote aanvragen zouden maximeren, bijvoorbeeld maximaal 3 projecten > 400.000 euro en/of minimaal 10 projecten onder de 75.000 euro.
• Het positief bijdragen van de innovatie aan de leefomgeving (minder negatief of regeneratief) wordt niet als randvoorwaarde gesteld. Subsidie wordt uitsluitend verstrekt als de activiteit bijdraagt aan minimaal één van de EIP doelen en een deel van die doelen heeft niets met natuur, water en klimaat te maken. Eén van de doelen is bijvoorbeeld ‘het ontwikkelen van duurzame verdienmodellen binnen de landbouw, met als resultaat een rendabel inkomen voor landbouwers’ waarbij de interpretatie van ‘duurzame verdienmodellen’ zeer afhankelijk is van de politieke wind die er waait.
• Ook is het zo dat de proceskosten voor de aanvraag niet gesubsidieerd kunnen worden, terwijl die kosten voor kleine (samenwerkings)organisaties veel minder makkelijk te dragen zijn dan voor grotere partijen. De realiteit is bovendien dat grotere bedrijven betere toegang hebben tot adviesorganisaties en professionele bureaus die gespecialiseerd zijn in het schrijven van dit soort aanvragen.

Andere handige links en tools

Het Netwerk Platteland heeft een handige openstellingskalender van alle subsidies en regelingen per provincie. Alle actuele regelingen die momenteel geopend zijn in Limburg kunnen hier teruggevonden worden.  Daarnaast heeft het RVO een tool ontwikkeld waarmee boeren een idee kunnen krijgen van de eco-activiteiten die goed passen. Ook ziet u welke punten en waarde u daarmee haalt. En wat het geschatte niveau is waarop uw uitbetaling plaatsvindt (brons, zilver of goud).

• Impulsregeling NOVEX De Peel

  Recent is de Impulsregeling NOVEX De Peel opengesteld. De eerste aanvraagperiode loopt van 3 juli tot en met 20 december 2024 (in 2025 volgt een 2e aanvraagperiode). Met de Impulsregeling steunt NOVEX De Peel samenwerkingsverbanden van ondernemers, inwoners en maatschappelijke organisaties, waarbij de bijdrage maximaal € 25.000,= per project betreft.

• LEADER-programma

  Vanaf 19 maart 2024 tot en met 3 januari 2028 wordt het LEADER-programma opengesteld voor subsidieaanvragen. LEADER is een Europees subsidieprogramma dat bijdraagt aan een vitaal platteland. Inwoners, ondernemers en (maatschappelijke) organisaties in de regio’s Weerterland en Zuid-Limburg met een projectidee voor een toekomstbestendig platteland kunnen vanaf 19 maart 2024 subsidie aanvragen. Voor de periode 2023-2027 komt 4,3 miljoen euro subsidie beschikbaar voor Limburg.